Leonie Rammeloo beschreef (samen met Annekee Groenewoud) in het Advocatenblad 2019-1 aan de hand van de (deels nieuwe) regels en tuchtrechtspraak de verplichtingen in verband met de financiële kant van rechtsbijstandverlening.
Checklist
- Stuur altijd een opdrachtbevestiging.
- Spreek altijd een uurtarief af (ook in toevoegingszaken).
- Geef ook tussentijds informatie over uren en kosten (ook in toevoegingszaken).
- Vraag alleen voorschotten in geld.
- Signaleer (ook tussentijds) of recht op gefinancierde rechtsbijstand bestaat
- U mag steeds de declaratie verrekenen met een voorschot, tenzij de cliënt bezwaar maakt tegen de declaratie.
- Vooraf mag u de cliënt vragen om toestemming met het verrekenen van uw declaratie met ontvangen derdengelden.
- Maakt de cliënt toch bezwaar tegen verrekening van de declaratie met derdengelden, dan moet u (na overleg met de deken) de derdengelden ter hoogte van het betwiste bedrag bij de deken deponeren.
- Maak behoedzaam gebruik van uw retentierecht op het dossier.
- De civiele rechter is steeds bevoegd in incassogeschillen.
- Ter incasso van de eigen bijdrage voor een toevoegingszaak geldt (nog steeds) artikel 38 lid 4 Wrb.
Tegen de achtergond dat steeds meer advocaten en notarissen zich bezig houden met mediation, staan Martine Höfelt en Suzan Houben- van Geldorp in deze twee noten stil bij de tuchtrechtelijke positie van de advocaat en die van de notaris in zijn hoedanigheid van mediator. Dit tegen de achtergrond dat een steeds groter wordende groep advocaten zich bezighoudt met mediation en de aandacht voor mediation in het algemeen groeit.
… Lees meer...
Het is de nachtmerrie voor elke advocaat en notaris: een beroepsfout maken waardoor de cliënt forse schade lijdt. Omdat cliënten steeds mondiger worden, worden de schadeclaims hoger. Meestal vergoedt de verzekeraar de schade, maar de knauw voor de beroepsbeoefenaar is er niet minder om. Zeker niet nu zakelijk Nederland door de media volop wordt geïnformeerd over het cliënten- en juristenleed.
In het blad Mr. is Leonie Rammeloo door Peter Louwerse geïnterviewd, samen met Ernst-Jan van Toorenburg en Stefanie Berends van Aon Professional Services, over de impact van een claim op een beroepsbeoefenaar.

In het Tijdschrift voor Arbitrage van november 2015 publiceerde Leonie Rammeloo een artikel over de Geschillencommissie Advocatuur. Daarin schetst zij het landschap van de verschillende instanties die in Nederland geschillen tussen advocaten en cliënten kunnen beslechten. Ook bespreekt zij de voor- en nadelen van elk van deze instanties en van de Geschillencommissie Advocatuur in het bijzonder.
… Lees meer...Over gebrekkige prestatie moet men tijdig klagen, anders kan men zich daar niet meer op beroepen. Deze wettelijke regel heeft de Hoge Raad in zijn drie arresten van 8 februari 2013 verduidelijkt én gerelativeerd.
In het Advocatenblad van maart 2014 schreef Leonie Rammeloo over de klaagtermijn in de zin van art. 6:89 BW. Daarin is bepaald dat men over gebrekkige prestatie tijdig moet klagen, anders kan men zich daar niet meer op beroepen. Deze wettelijke regel heeft de Hoge Raad in zijn drie arresten van 8 februari 2013 verduidelijkt én gerelativeerd.
… Lees meer...Leonie Rammeloo schreef in het Advocatenblad van mei 2013 over de verschillende methoden die een rechter kan gebruiken om het al dan niet bestaan van causaal verband tussen fout en schade te bepalen. Helaas valt vaak niet te voorspellen welke methode de rechter zal toepassen. Bovendien lijken de methoden inwisselbaar. In een reeks arresten uit 2012 trekt de Hoge Raad duidelijker grenzen tussen de methoden. Daardoor zijn bewijsrisico en dus proceskansen beter in te schatten.
… Lees meer...In het jaarverslag over 2011 van het hof en de raden van discipline schreef Leonie Rammeloo een bijdrage over wraking in het tuchtrecht. Zij signaleert dat tuchtrechters, evenals gewone rechters, onpartijdig zijn. In het uitzonderlijke geval dat een partij daarover reële twijfel heeft t.a.v. een tuchtrechter die zijn zaak behandelt, kan die partij een wrakingsverzoek indienen. Wraking is een middel dat alle partijen ten dienste staat om het hun toekomende recht op behandeling van hun zaak door onpartijdige tuchtrechters te waarborgen. Wraking is mogelijk wanneer sprake is van feiten en omstandigheden waardoor de tuchtrechtelijke onpartijdigheid schade zou kunnen lijden. Daarvan kan in de eerste plaats sprake zijn door de subjectieve instelling van de tuchtrechter ten opzichte van een partij of het voorliggende geschil, bijvoorbeeld door wat de tuchtrechter zegt of doet ter zitting. Los van de persoonlijke instelling van de tuchtrechter kan een partij ook in objectieve zin vrezen dat de tuchtrechter partijdig is (bijvoorbeeld door een bepaalde band tussen de tuchtrechter en een partij). In dit kader moet ook de redelijke schijn van partijdigheid worden vermeden.